In 1996 beschikte Robert Zandvliet (Terband 1970) over het gastatelier van De Pont in Tilburg. Deze tentoonstelling toont de schilderijen (waaronder een twintigtal kleine werken) die in het gastatelier zijn ontstaan, aangevuld met enkele werken uit 1995. Robert Zandvliet werkt vaak in series, waarbij een bepaald onderwerp over een langere periode wordt onderzocht en uitgewerkt.
Ook het grote schilderij van een bioscoopscherm, dat op de tentoonstelling een centrale plaats inneemt, heeft een onderwerp dat hij in de afgelopen tijd meerdere keren als uitgangspunt nam. Het werk is bovendien verwant met eerdere schilderijen met het thema `kijken en zien’, zoals de voorstellingen van een televisie, een vliegtuigraam, verrekijker of autospiegel. Wat Zandvliet in deze onderwerpen lijkt te fascineren is het dwingende perspectief dat van al deze `kijkinstrumenten’ uitgaat. Ze dwingen de blik in een bepaalde focus, waaraan de schilder vervolgens zijn doek tracht te onttrekken.
Zandvliet schept zulke uitdagingen vaak voor zichzelf. De figuratieve elementen die in zijn werk voorkomen lijkt hij te kiezen omwille van hun dubbelzinnigheid: ze zijn vertrouwd, maar zoals Zandvliet ze schildert toch vreemd. Of anders gezegd: het lijkt de schilder een grotere uitdaging de dwingende figuratie om te buigen naar de spanning van het schilderij, dan om bij voorbaat ofwel voor abstractie ofwel voor figuratie te kiezen. Zandvliet zet veelal zijn voorstellingen in een kader. Door de contouren van een venster, vliegtuigraam of autospiegel wordt het oog naar een achterliggende ruimte of een verlaten horizon geleid. Maar tegelijkertijd wordt de dieptewerking opgeheven doordat Zandvliet de contouren van de vensters heel dicht naar de randen van het schilderij brengt. Hij maakt ze als het ware tot de echo’s van het kader van zijn doek, waardoor hij hun perspectivische werking sterk neutraliseert.